Soms dwalen van die spinsels door mijn hoofd,
ik laat mezelf dan maar wat gaan.
Maar dan zie ik plots weer wat ik je heb beloofd :
we blijven elk aan onze kant staan.
Wat zou ik je graag willen stelen,
al mijn pleziertjes en verdrietjes met je delen.
Me ’s nachts in je armen willen leggen,
wanneer er niets meer valt te zeggen.
Wat zou ik je graag leren kennen,
van binnen en van buiten,
van top tot teen,
door al je opgeworpen barrières heen.
Wat zou ik graag willen weten…
wat huist er in je hart en in je ziel ?
Wie is nou werkelijk die mens,
waar ik als een blok voor viel ?
Maar ach, het blijft maar bij een droom,
want jij blijft daar en ik blijf hier.
We hebben enkel dit nu samen:
af en toe wat internetplezier…
En waar drijft dat ons eigenlijk heen?
Ik vind het antwoord niet.
Ben vandaag weer wat alleen,
dus kom ik hier met mijn verdriet.
Terug nu naar de werkelijkheid,
het gevoel zal blijven knagen.
Ik blijf leven met die strijd,
en met die honderdduizend vragen.
Laat wat van je horen