Stil, alleen door de bossen.
Dwalend door al dat moois.
Zit heel rustig op gemakje.
Een roodborstje op een takje.
Fluit voor mijn een wonderschoon lied.
Voel heel mijn hart, ja ik geniet.
Zijn kleine keeltje trilt van vreugde.
Daar waar ik zo op verheugde.
Zijn borstje vormt zowaar een hartje.
O, wat fluit je mooi lief schatje.
Laat wat van je horen