Bedroefd in de schemering
Scheer ik me weg
Uit het hopeloze gezwam
Waaruit ik me voedde
Verbeten blik ik terug
Op datgene waarin ik me vastgebeten heb
Een gehoopte idylle waarop ik droomde
Vloeiend langs mijn reinste verstand heen
Schichtig werp ik mijn blik rondom me
Onderbrokene lijnen volgend
Mijn zicht laat me in de steek
Kan me niet meer volgen
Mijn visie achtergelaten
Mijn plezier verloren
Mijn verstand gedood
Ik ben geen mens
Ik heb gemoord
Laat wat van je horen