Lome slagen slaan op en Neder-
Land laat laagjes lieflijk eender
Witte weidsheid links en rechts
Veders vlak subliem gevlecht
Weder op en weder neer
Tot de allerlaatste keer
Dan een lange lange val
Nada niets totdat; een knal
Lomp plonst de parel in de plomp
Juist precies waar ik ‘em vond
Blauw bloed in verenkleed gehuld
Zonder dat het stroomt of pulst
Snotter, snuit, een traan, een dip
Dag Zwaan, jij stierf aan vogelgriep.
Laat wat van je horen