Groen en jong zijn ze
wordend hout, wachtend stil
binnen de dijk van hun perken
ze houden hun adem in
alsof ze hun eigen wind zijn
van binnen,
ze hebben de storm geslikt
en de storm zal ze buigen
later
stille stelen, dappere twijgen
zelfs geen ruis vlak voor de wind
zoals hen zou ik willen zijn
jong, met de wind in mij
en de storm nog voor me.
Laat wat van je horen