Door Gent reden we weer,
In kleine straatjes, schemersteegjes
Jij achterop, ik aan het stuur
Ons nachtelijk avontuur
Behoed door de torens van weleer
Je armen om me heen
Pasgeboren, voor het eerst
Een omhelzing in de nacht
De weg verlicht door onze pracht
Ik was niet meer alleen
Perron twaalf, daar zou het gebeuren
De maan en de sterren als getuigen
Een laatste omhelzing,
een laatste blik
Nee, een eerste kus,
Ooo zo vluchtig, Ooo zo blij
Jij en ik, ik en jij,
nu was het wij.
Laat wat van je horen