Ik zal met jou houden
van bergen en van dalen
En zittend aan woeste stromen
Genieten van de cirkelende arend
En van de stilte van de lucht
Zo blauw tot ’s avonds bloedend rood.
Je gedachten laten gaan en dromen
Je vingers gestrengeld
en blikken slechts gebarend
Daar woorden gaan in vogelvlucht.
Natuur, ik zal je beminnen
tot aan de dood.
Laat wat van je horen