Slaap zacht, zegt hij en kust mijn ogen
Ik droom een werkelijkheid vol fantasie
Van rozige geuren, fata morgana’s, eenhoorns, dwergen en een enkele nachtmerrie
Een korrel zand in elke pupil
En ik baan mijn weg in een labyrint zonder wegen, obstakels, wegwijzering of navigators
In het hart van de verwarring kom ik hem weer tegen
En bekijk hem, hoewel ik niets meer zie
Een glimlach van kleine sterren,
Een lichaam zonder bot of huid
Zonder pijn of angst kan ik eindelijk beseffen,
hoe prachtig ziet de dood eruit
Laat wat van je horen