Weer willen horen het ruisen van,
Zien de enorme schoonheid, in mij opnemen.
Schittering, mooier dan een sieraad.
Zoekend naar de horizon en de kleur van.
Oker en scharlaken, spelend met blauw.
Golven slaan stuk tegen de kliffen.
Eens ben ik terug, en die wetenschap,
Laat mij nu horen het ruisen van.
Laat wat van je horen