Als de morgen zachtjes binnen komt,
waardig in zijn volle waardigheid,
zoals een heilige in zijn heiligheid,
blijft achter mij een donkere nacht,
de morgen brengt een nieuwe morgen,
en met de morgen ook de dag.
Ik zal hem nederig ontmoeten,
in de morgen dankbaar hem begroeten,
oprecht en eerbaar zeg ik zacht,
Majesteit, ik ben maar u onderdaan,
laat mij zijn u wachter na de nacht.
Laat wat van je horen