Voel de warmte,
de glimlach.
Het vochtige gras,
van de ochtend.
Voel de schaduw,
van de boom,
die je beschermdt.
Voel het water,
dat je afkoelt.
Voel het zand,
waar de wind doorheen strijkt.
Hoor de golven, ze roepen je.
“Laat ons je meenemen”.
Voel de vertrouwde hand,
van een dierbare.
Laat niet los,
dat doet pijn.
Zie je de glimlach,
die zomerse glimlach?
Voel je het vochtige gras,
terwijl je hand wordt vastgehouden?
Sluit je ogen,
de zon schijnt er doorheen.
Laat het zomersje briesje
je glimlach groot maken.
Vang de warmte op,
die je kan krijgen,
want het heerlijke gevoel
duurt geen eeuwigheid.
Dus schuil achter de boom,
voel het vochtige gras,
houd je dierbare vast,
laat je meeslepen,
luister naar het geluid van de zee, voel het water dat je koelt,
het zand, dat wegglipt,
zoals de zomer voorbij gaat…
Laat wat van je horen