De gouden gloed verjaagt het grauwe
het vochtig welriekend gras verdampt
Stralen kleuren tranen der dauwe
Het lijkt of het goede
het kwade bekampt.
Eos hanteert met zwier zijn schuier
Bloemkelken ontsluiten
hun fleurige geur
’t Ochtendrood verdrijft nevelsluier
Vaag mistige droefheid lost
op in kleur.
’t Laatste vleugje grijs
wordt geborgen
Immense rijkdom drijft
in dat heilig vuur
Schitterend is die levensmorgen
Oppermachtig ’t ontwaken der natuur.
Laat wat van je horen