Tussen de sterren en de maan

De zon schijnt in mijn ogen,
plots zie ik duizend regenbogen.
De wolken zijn mijn kussens
en mijn lakens eigenlijk ook.
Kijk, daar vliegt een wolkenspook!

Ik zweef tot bij de maan,
vrolijk kom ik aan.
Ik ga naast de sterretjes staan,
zij kijken me vragend aan.

“Waarom bleef je niet daar benee?
De wereld is toch een plaats van vree?”
“Waarom bleef je niet op aard,
had je leven plots geen waard?”

Ik antwoord traag op hun lastige vraag:
“Op aarde werd ik gepest,
door Tuur van ’t zesde en de rest.
Daar benee is geen plaats van vree,
sommigen zijn vol haat,
zij doen alleen kwaad!”

De zon komt op, we beëindigen ons gesprek.
We gaan elk naar onze eigen stek.
De nacht is voorbij,
vanaf nu ben ik altijd blij!

Zeer slechtSlechtRuim onvoldoendeOnvoldoendeTwijfelachtigVoldoendeRuim voldoendeGoedZeer goedUitstekend Beoordeling: 6,60 Stemmen: 5

Laat wat van je horen

*

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten