Allebei staand, nog op de trap,
Begon het als een mooie grap.
Op weg naar de bovenste tree,
Het verleden, kijk! net daar benee.
Tijdens het klimmen elkaar tegengekomen,
Het moment van ieders koesterende dromen.
De laatste stappen niet meer gezet,
Was ook niet nodig, ons plaatsje was al neergezet.
Huisje, boompje beestje, alles brak aan,
Een moment van geluk, een moment van bestaan.
Die paar stappen waren te hard genomen,
Niet lang daarna weer een besluit genomen.
Terug naar benee,
Weer van voor af aan..
Begin ik aan de trap,
Voor een nieuw bestaan.
Laat wat van je horen