Ik herinner me die koude nacht
Beiden vreesden we het onvermijdelijke cliché
We waren te volwassen om nog te geloven in sprookjes
Hoe dood was mijn ziel, en ik voelde het niet eens,
Hoe koud was mijn hartstocht, en ik zag het niet
Tot je kus mijn lippen trof
Tot je zachtaardigheid tot in mijn diepste drong,
Hoe de routine nooit zou worden wat het cliché ons voorschrijft
Omdat het jou betreft en mij
Het kan niet mooier het kan niet echter, het kan niet hechter en niet warmer
Ik wist niet dat ik zoveel kon houden
Alleen
Van jou.
Brandende tranen vullen mijn ogen en raken de grond,
Die als enige nu voor je zorgt
De engelen zijn vergeten, in sprookjes geloven doe ik al lang niet meer
De aardse koudheid, een verscheurend verdriet verlamt mijn ziel
In een zoete dromerige flits zie ik je lieve glimlach
En vind ik net de energie om terug adem te halen.
Laat wat van je horen