Ik kijk naar buiten
Jouw ogen zijn als één bonk vet
Je fragiele blik
Boort dwars door mijn leugens
Ik houd van jou
O, wat ben je mooi
En je ogen
Zijn als brokken vet
Okergele Wespen
Die zoemen, zoemen, zoemen
En steken
Soms denk ik
Waarom besta ik eigenlijk?
Jij houdt immers niet van mij
Laat wat van je horen