Ik fiets over de vesting
en sla rechtsaf.
Daar is de Grote Kerk.
Daar is het hek
van de begraafplaats.
Ik kan niet geloven dat
mijn pappa daar ligt.
Zes jaar ziek.
Wij met hem.
Zes jaar zorg.
Zes jaar bidden.
Zes jaar danken.
Geen dag overgeslagen.
Altijd naar pappa.
Ik kijk naar het hek.
De graven erachter.
Daar is pappa.
Ik geloof het niet.
Laat wat van je horen