Hoog boven in de wolken , zweven twee kleine vogels
Zij vonden ’t land van liefde en geluk , peis en vree
Nimmer meer, opgenomen door de wind , kennen zij smart en wee
twee verliefde hartjes , voor immer weer.
Toch …hoog boven in de wolken , kijken ze droef naar beneen
Zien’n mensenkind , verscheurd door pijn en leed
Zien , hoe HIJ die hen de weg had gewezen,
Hoe zij hem konden genezen,terwijl ze radeloos keken naar al dat leed
Dat lieve mensenkind , dat hen zond naar ’t land van liefde en geluk
Gaat nu zelf , stil , op kousevoeten , langzaam stuk
Samen komen die twee kleine vogels , met de wolken mee
Zwevend om ’t verscheurde mensenkind , heen
In de nacht en in de dromen , fladderen zij om’t hartje heen
Aanhoren droef , het stil geween
Nooit zal dit hartje nog liefde vinden
Ook geen troost bij de vrienden
Twee kleine vogels kijken omhoog naar de wolken
Dit lieve mensenhartje , willen ze nemen
Opgenomen door de wind , naar ’t land van liefde en geluk
Waar alles word hersteld , wat eens was, stuk
Liefdevol , fladderend om het hartje,
Zagen ze toch in dromen , ’n straaltje van geluk
Neen.’t is nog te vroeg voor de wolken
OOIT….maar nu nog niet…zij blijven toch ’t hartje volgen
Zoals ooit eens zij , radeloos zochten
Voor dit mensenhart schijnt ook nu de zon door de wolken
Lief glimlachend , achterlatend voor ’t mensenkind , ’n zachte zucht
Verdwenen , terug , twee kleine vogels in de lucht !
Als ooit de tijd is gekomen , komt ’t mensenhartje bij hen in dromen
Waar leed , pijn en verdriet , voor altijd verdwenen zijn
En die twee kleine vogels , lief en teer
Zenden mij ’n warme zonnestraal naar beneen
En ooit…….zal m’n mensenhartje naar hen komen
Ooit zal’t nog van liefde en geluk kunnen dromen
Want dan hoog in de wolken
Zweef ‘k nu samen, opgenomen door de wind
met m’n twee kleine vogels, in’t land mijner dromen
Teurelincx g 2007
Laat wat van je horen