Kijk, daar in dat kleine bedje.
Ligt een kindje klein en teer.
Kleine handjes en kleine oogjes.
Het is het allermooiste roosje.
Heerlijk reukt dat kleine kindje.
Zijn broertje is zijn beste vrindje.
Zijn vingers voelen nog als zijde.
Die ons leven doen verblijden.
Ook zijn teentje en kleine voetjes.
En zijn prachtige lieve snoetje.
Als een sterretje in het leven.
Heeft hij ons zo veel te geven.
Dankbaar voor wat god ons gaf,
vijftien mei is zijn geboortedag.
Lieve moeder, wat een schat.
Een krisstallenkind, lief en zacht.
Laat wat van je horen